Denk aan Syrië, en je denkt hoogstwaarschijnlijk aan oorlog. Niet bepaald het land waar je als westerling graag heen gaat. Toch zette Anita Malley onlangs geheel vrijwillig voet op Syrische grond. Wie is deze nieuwe landendirecteur van Tearfund en wat drijft haar naar het verwoeste land?
De getallen na tien jaar oorlog zijn ijzingwekkend; bijna te groot en te veel om je er een voorstelling van te maken. Het UNHCR schat dat er honderdduizenden doden zijn gevallen en dat 5,6 miljoen mensen het land zijn ontvlucht. Uitgerekend naar dat land is de Amerikaanse Anita Malley vertrokken om de projecten van Tearfund te coördineren. Waarom koos ze uitgerekend voor dit land? “Het klinkt misschien gek, maar ik vind het een voorrecht en een bijzonder avontuur. Ten diepste ervaar ik een roeping, gedreven vanuit mijn geloof. Ik wil mijn talenten en ervaring inzetten om iets goeds te doen op plekken met gebrokenheid.”
Syrië verdient onze liefde en steun
Helemaal gek is de keuze van Anita niet, want ze heeft ervaring genoeg met het land en de regio. Zo werkte ze tussen 2019 en 2020 in Irak als Tearfund-landendirecteur. Hoe kijkt ze naar de situatie in het land? “Het is een complex conflict en ik voel me nog een relatieve buitenstaander, omdat ik hier nog maar zo kort ben. Daarom vind ik enige reserve gepast. Trouwens, ik ben hier ook helemaal niet om heftige politieke uitspraken te doen. Ik richt me met mijn team op de individuen die wij met onze hulp kunnen bereiken. En omdat de nood zo enorm is, vind ik dat ook veel relevanter. Syrië verdient onze liefde en steun.”
Anita heeft de hoofdstad Damascus als uitvalsbasis. Voelt ze zich er veilig? “Het is hier momenteel stabiel en rustig en zie ik alleen de vreselijke restanten van de oorlog. Veel gebouwen en huizen liggen nog in puin als stille getuigen van zo veel leed.”
En als Amerikaanse? Hoe reageert de man in de straat op haar? “Eigenlijk heel goed. Mensen zijn aardig en begroeten me. Ik merk dat mensen vooral intens moe zijn na tien zware jaren. Zo sprak ik een tapijtverkoper. Voor de oorlog had hij het goed en was het altijd druk in zijn winkeltje. Nu verdient hij nog nauwelijks iets. Corona gaf hem de genadeslag.”
Je bent nog maar net begonnen, maar welk project van Tearfund heeft nu al je hart gestolen?
“Het project waar ik direct aan denk, is een opvangplek voor jonge delinquenten. Ik bezocht het centrum met de lokale partner die wij ondersteunen. Daar trof ik jongens van zestien en zeventien jaar aan in afwachting van hun proces. De meesten zijn betrokken geweest bij diefstal of drugsgebruik of -handel. Een enkeling zit er voor een zwaarder misdrijf. Veel van deze jongens kunnen nauwelijks lezen en schrijven. Door de oorlog en hun kansarme situatie is hun hele basisschoolperiode verloren gegaan. Nu krijgen ze voor het eerst onderwijs.”
Waarom heeft Syrië zulke projecten nodig? Is er niet veel meer behoefte aan noodhulp?
“Die behoefte aan basisvoorzieningen is zeker heel urgent. Negentig procent van de bevolking leeft onder de armoedegrens. Gelukkig doen veel hulporganisaties fantastisch werk om de bevolking te ondersteunen. Wij kiezen bewust voor een andere focus, zoals met deze jongeren waar niemand naar om lijkt te kijken. Voor ons doen ze ertoe en dus investeren we in hen. Alleen dan krijgen ze de kans om een vak te leren, andere keuzes te maken en op die manier perspectief te krijgen voor de rest van hun leven. Ook proberen we hun familieleden op te sporen, van wie ze vaak gescheiden zijn.”
Ik vind dat ze het verdienen om hun trauma’s uit het verleden achter zich te laten
Wat Anita betreft is dit de essentie van wat Jezus bedoelt als Hij ons vraagt om zorg te dragen voor de minsten onder ons. Ze legt uit: “Ten eerste wonen deze jongeren in misschien wel het meest verscheurde land op aarde. Ten tweede hebben ze zich misdragen en moeten ze een straf uitzitten. Ten derde lijkt er niets mogelijk te zijn om hen te behoeden voor nieuwe misstappen als ze weer op vrije voeten komen. Ook zijn ze vaak ondervoed, dakloos en analfabeet. Ellende troef dus! En als ik dat tot me laat doordringen, breekt mijn hart. Ik vind dat ze het verdienen om hun trauma’s uit het verleden achter zich te laten.”
Na het bezoek aan het Tearfund-project met ontspoorde jongeren nam een overheidsmedewerker Anita mee naar een vergelijkbaar centrum. “Hier werkte onze partner niet en ik vond het contrast schokkend. De jongens zitten opgesloten in kamers zonder daglicht of goede ventilatie. Er is nauwelijks eten en ze vervelen zich kapot. Ik vond het heel verdrietig en begreep dat de overheid niet de middelen heeft om meer te doen. En passant zag ik zo wel met eigen ogen de impact van ons werk.”
Kerken spelen sinds de tijd van Jezus een rol in Syrië. Vóór de burgeroorlog telde het land zo’n twee miljoen christenen. Nu zijn er nog zo’n 750.000 over. Veel gelovigen verlieten het land de afgelopen jaren. Anita: “Gelukkig blijft een deel van de christenen bewust in Syrië. Ze willen bijdragen aan de toekomst en wederopbouw van hun land. Dat bemoedigt mij.”
Tearfund werkt overal ter wereld veel samen met lokale kerken. Is dat hier ook zo?
“Zeker! We werken bijvoorbeeld mee aan een project voor schoon drinkwater voor ontheemde mensen. Ook bieden we een training van acht weken aan om mensen te begeleiden in het versterken van hun mentale gezondheid en het verwerken van hun trauma’s.”
Leuk detail: twee straten achter het hotel waar Anita verblijft, staat – volgens de overleving – het huis van Ananias. Hij is degene die Paulus heeft gedoopt. Wat weet ze over de rol van kerken in het land? “Het is niet eenvoudig om daar algemene uitspraken over te doen”, zegt Anita voorzichtig. “Wat mij opvalt, is dat christelijke organisaties welkom zijn en dat ze goede toegang krijgen om hun werk te doen. Ik merk dat de kerk een brenger van vrede is en daar waar mogelijk voor verlichting zorgt
Kerst: het licht van feest en vrede. Maar hoeveel kans heeft die vrede als je wordt overspoeld door verdriet en angst? Als het oorlog is in je hoofd en in je hart? In landen als Irak, Syrië en Afghanistan hebben oorlog en geweld gezorgd voor een grote crisis. Gezinnen zijn verscheurd, vaders zijn omgekomen en moeders en kinderen zijn getraumatiseerd. Vooral vaderloze gezinnen zijn erg kwetsbaar doordat het inkomen is weggevallen.
Deze kerst wil Tearfund 500 oorlogsweduwe helpen met traumaverwerking. Door te rouwen, verdriet een plek te geven en een nieuwe start te maken, krijgen oorlogsweduwen weer hoop voor de toekomst. Help jij mee?