
Binnenlands conflict in Zuid-Soedan verdreef de afgelopen jaren honderdduizenden mensen uit hun huis op zoek naar een veiligere plek. De angst voor geweld was groot. Bescherming en veiligheid konden burgers nauwelijks vinden en velen vluchtten naar één van de omliggende buurlanden, waaronder Oeganda, Soedan, Ethiopië en Congo. Het vredesakkoord van 2018 heeft het land weer enige hoop gegeven en inmiddels keren families langzaam weer terug naar Zuid-Soedan. Toch spelen conflicten uit het verleden nog regelmatig op en is er op veel plekken verzoening nodig.
In de regio’s Aweil East (in het noorden) en Twic East (in het oosten) werkt Tearfund actief aan vredesopbouw door in te zetten op de ondersteuning van kerk en gemeenschap. Rosemary Wilfred, werkzaam voor Tearfund in Zuid-Soedan, volgt dit werk op de voet en deelde met ons haar kijk op de huidige situatie. Rosemary: ‘De grootste uitdaging in het vredesopbouwproces is geduld. Conflict zit vaak diep geworteld in de gemeenschappen. Het aanzetten tot verandering in de manier van denken en handelen doe je niet zomaar. Dat kost tijd.’
‘Voordat ik bij Tearfund kwam werken, werkte ik bij een mediaorganisatie aan radioproducties en andere nieuwsuitingen. Eén van mijn verantwoordelijkheden was om het conflict in Zuid-Soedan in kaart te brengen en de ontwikkelingen rondom de vredesopbouw op de voet te volgen. Ik kan je vertellen: dat is een behoorlijke klus. Het conflict in Zuid-Soedan is één van de meest complexe conflicten die ik ooit ben tegengekomen. Het conflict bestaat eigenlijk uit meerdere kleine conflicten. Uit ervaring weet ik dat ik goed op moet letten met de informatie die ik via verschillende mediakanalen vrijgeef. Niet iedereen was blij met de artikelen die ik in mijn tijd als journalist schreef en deelde. Hoewel ik nu met minder gevoelige informatie werk, ben ik mij nog steeds bewust van de mogelijke schadelijke consequenties van de dingen die ik in de openbaarheid breng of zeg.’
Mensen in Zuid-Soedan voelen zich sterk verbonden aan hun eigen etnische gemeenschap.
‘Het conflict heeft erg veel dimensies. Laat ik twee van die dimensies benoemen. Wanneer je kijkt naar de politieke dimensie dan gaat het voornamelijk om een machtsstrijd. Eerder was er al onenigheid tussen de president en vicepresident. Beiden kwamen van verschillende etnische gemeenschappen. Mensen in Zuid-Soedan voelen zich sterk verbonden aan hun eigen etnische gemeenschap. Zodra het conflict tussen deze twee individuen ontstond voelden de Soedanezen zich al snel genoodzaakt om een kant te kiezen.
Als je naar het conflict kijkt vanuit de culturele dimensie dan zou je kunnen kijken naar hoe het conflict zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. Toen het conflict in Zuid-Soedan uitbrak sloegen hele gemeenschappen op de vlucht naar de buurlanden. Sommige inwoners zijn zelfs gemigreerd, naar Canada, de Verenigde Staten of Australië. Toen het conflict weer wat tot bedaren werd gebracht, kwamen mensen terug. Maar deze mensen waren veranderd. Ze hadden zich gevormd naar de taal en de gebruiken van het land waar ze de afgelopen jaren hadden doorgebracht. Mensen begrepen elkaar niet meer en binnen families begon onenigheid te ontstaan.’
In het ergste geval worden er veehouders vermoord of hun kinderen ontvoert.
‘Er bestaan hier veel problemen rondom het huwelijk. Vanuit traditioneel oogpunt zijn de kosten voor een bruid onnoemelijk hoog, met name in de regio’s waar veehouders wonen. Als je als man met een vrouw wilt trouwen, dan is de bruidsschat zo’n 100 tot 200 koeien. Het precieze aantal hangt af van de eis van de familie van de vrouw. Wanneer de mannen niet in staat zijn aan deze eis te voldoen, kiezen ze er soms voor om vee te stelen van andere veehouders. En dat stelen gaat niet zonder geweld. In het ergste geval worden er veehouders vermoord of hun kinderen ontvoert. Deze kinderen worden vervolgens opgevoed alsof het hun eigen kinderen zijn. Veel mensen hier weten niet eens wat het betekent om in vrede te leven. Ze hebben het nog nooit meegemaakt. De meeste kinderen en jongvolwassenen die nu opgroeien weten niet beter dan dat er conflict gaande is.’
Mensen realiseren steeds vaker dat ze zelf aan zet zijn.
‘Op dit moment werken we in verschillende gemeenschappen aan vredesopbouw. We hebben een programma opgezet waarbij we bemiddelaars in het conflict trainen. De kerk heeft hier de leiding in. Mensen in Zuid-Soedan hebben veel meer vertrouwen in de kerk dan in een politieke leider. Om die reden is het belangrijk dat de kerk betrokken wordt. De activiteiten zijn heel uiteenlopend: van bemiddeling tussen families tot het aanpakken van de oorzaken van geweld. Bij dat laatste kan het bijvoorbeeld gaan om het bespreekbaar maken van de onrealistisch hoge kosten voor een bruid.
En we zien dat de aanpak werkt! Voorheen werd er bij verantwoordelijkheden omtrent het conflict naar de lokale overheid gewezen. Zij zouden het maar moeten oplossen. Nu realiseren de mensen hier steeds vaker dat ze zelf aan zet zijn. Alleen als zij veranderen zal ook de gemeenschap veranderen.’
Kerken vormen het hart van ons werk. In binnen- en buitenland werken we met de kerk om verschil te maken, omdat we geloven in de kracht van de kerk. Kerken zijn overal, in kleine dorpen en grote steden. Samen vormen kerkleden een grote vrijwilligersbeweging; vanuit hun geloof zijn ze gemotiveerd om anderen te helpen. Tearfund werkt samen met de kerk bijvoorbeeld aan initiatieven in een dorp, stad of wijk die helpen in de strijd tegen armoede en onrecht. Ook kunnen we bij een ramp en conflict via de kerk snel hulp verlenen.
Het inwinnen van vertrouwen kost tijd.
‘De uitdaging voor ons als team is geduld. Soms moeten terugkomen op onze eerder bedachte planning. Dan merken we dat de stappen die we zetten te groot zijn. Daarbij zijn er gemeenschappen die we graag zouden bereiken, maar helaas niet kunnen bereiken. Veiligheid wordt in sommige gebieden niet gegarandeerd. We kunnen onze medewerkers niet in gevaar brengen en kiezen er dan dus voor weg te blijven. Ook zijn er gemeenschappen waar politieke leiders een tegengestelde boodschap met die van Tearfund verkondigen. Er wordt dan van bovenaf aangespoord tot geweld en verzet. Wanneer wij, als organisatie, dan met een ander verhaal komen worden we niet altijd serieus genomen. Het inwinnen van vertrouwen kost tijd.
Gelukkig zie ik langzaam de mind-set van mensen veranderen. En al gaat het de goede kant op, dit proces zal voorlopig nog doorgaan. We zijn hier al jaren mee bezig en er ligt nog voldoende werk voor de jaren die volgen. Maar ik heb goede hoop. Verandering wordt steeds beter zichtbaar.’
We vragen jouw gebed voor: